1300-1580

De behoefte aan schoolkennis voor bestuurs-, handels- en nijverheidsfuncties nam toe. Veel nieuwe scholen werden gesticht waarbij de kerk iets minder sturend werd.

 

De organisatie en financiering van het onderwijs verschilden sterk, afhankelijk van de plaats en de betrokken instanties:

  • Steden: Scholen werden overgenomen door stadsbesturen. Zij stelden de reglementen vast, hadden het recht om onderwijzers aan te stellen en zorgden voor de financiering.

  • Platteland: Het plaatselijk bestuur was verantwoordelijk voor het aanstellen van onderwijzers en de financiële steun. Dit bestuur was vaak in handen van de kerk.

  • Katholieke kerk: Geloofsonderwijs was belangrijk. De kerk had grote invloed door de aanbeveling van onderwijzers en de financiële steun.

 

Tip:

Maak gebruik van archieven van plaatselijke besturen (bijvoorbeeld: Toegang 0214, Huis Bergh, 1227-1842 of Toegang 0261, Stadsbestuur Doetinchem, 1341-1811.

 

Daarnaast zijn katholieke kerkarchieven een waardevolle bron. Houd er rekening mee dat de katholieke kerken ophielden te bestaan door de Reformatie. Het archief van de Rooms-katholieke parochie van de H. Georgius te Terborg bevat bijvoorbeeld retroacta die dateren van vóór de Reformatie. Ook het archief van de Hervormde gemeente Terborg bevat retroacta van vóór de Reformatie, die afkomstig zijn uit het voormalige katholieke archief. Het archief van het Hof van Gelre en Zutphen (Gelders Archief, toegang 0124) kan ook informatie bevatten voor de periode vanaf 1543. Dit hof fungeerde als het rechterlijk en bestuurlijk centrum van de regio.

 

 

Naar boven